Goedegebuur Vlees Rotterdam
Een mooi stukje vlees
Vlees heeft altijd een belangrijke rol gespeeld bij de familie Goedegebuur. Zijn overgrootvader was slager, zijn opa begon in 1950 een slachterij en was daarmee tevens de grondlegger van het familiebedrijf. Als jongste telg zit Michiel nu zo’n zeven jaar in het bedrijf en heeft sinds drie jaar het roer overgenomen van zijn vader in één van Europa’s grootste uitsnijderijen. Over Rotterdamse trots gesproken.
Ergens was het vanzelfsprekend dat Michiel bij het bedrijf van zijn vader zou werken. Tijdens vakanties verdiende hij er een centje bij. Toch kiest hij in eerste instantie zijn eigen route. Na een studie Bedrijfskunde, werkt hij eerst bij Deloitte en daarna bij PepsiCo om vervolgens de overstap te maken naar Goedegebuur. “Het ondernemen voert hier de boventoon. Omdat je met verse producten te maken hebt, gebeurt alles snel. Dat spreekt mij zeer aan en natuurlijk het feit dat ik onderdeel ben van het familiebedrijf, van een stukje historie.”
Luxe vlees
Goedegebuur koopt het vlees in bij slachterijen in onder andere Nederland, Oostenrijk en Duitsland. Het betreft de achtervoeten. Dit is een groot deel van de rug en de achterpoot, wat het luxere deel beklijft, zoals de biefstuk van de haas, de entrecote en de lendebiefstuk. Oftewel, een mooi stukje vlees, zou een chef-kok zeggen. “De achtervoeten worden bij ons uitgesneden, uitgebeend en verpakt. Dat doen wij al sinds oudsher op ambachtelijke wijze. Vervolgens gaat ons vlees naar restaurants, cateringbedrijven en retail door heel Europa.”
Continu verbeteren
Met Michiel in de directie is de derde generatie werkzaam binnen het familiebedrijf. “Mijn opa kocht koeien in Engeland, liet deze slachten in Rotterdam en reed dezelfde avond met een vrachtwagen richting Parijs om het vlees daar te verkopen. Overigens is Parijs nu nog steeds een grote afzetmarkt voor ons. Hij heeft een mooie basis neergelegd. Mijn vader heeft samen met zijn broer een belangrijke rol gespeeld bij de overgang van slachterij naar uitsnijderij. Door allerlei ontwikkelingen was zelf slachten niet meer haalbaar. De keuze voor een combinatie van alleen de achtervoet van de koe, de focus op uitsnijden en in grote aantallen is nog steeds vrij uniek. Met mijn generatie breng ik een nieuwe manier van denken het bedrijf binnen. Informatie-technologie is bijvoorbeeld een grotere rol gaan spelen. Hierdoor kunnen we efficiënter en doelgerichter werken. Ondanks alle ondersteunende automatisering werken hier nog steeds zo’n 300 mensen. En allemaal werken ze iedere dag weer met evenveel enthousiasme. Dat maakt dit bedrijf zo mooi. En natuurlijk ons product, een mooi stukje vlees. Daar ben je constant mee bezig, vernieuwen en verbeteren. Zo worden in onze nieuwe proefruimte koks uitgenodigd om ons vlees te proeven. We laten zien hoe je het kan bereiden, bijvoorbeeld op een Big Green Egg. Dat is in al die generaties de rode draad van ons bedrijf: elke dag beter maken dan de dag ervoor.”